.

KNOOP

Eva Brugman
Struikelrover ligt in de nacht. Of eigenlijk ligt hij op de nacht, de nacht zit hem niet lekker.
Alleen maar draaien kan hij, met zijn lijf, zijn benen, zijn armen, zijn hoofd. Hij draait alles in de knoop.
Erg veel meer dan zuchten kan hij nu niet meer. Struikelrover is niet goed in knopen. Soms zitten ze in zijn maag, soms in zijn hoofd en soms is het alles, zoals nu.
Met ingehouden adem en zijn tong uit zijn mond begint hij te peuteren. Het wordt er niet beter van.
'Hier krijg ik het alleen maar Spaans benauwd van!' roept hij tegen de nacht en draait zich nog meer in de knoop.
Zn. wordt er wakker van.
'Wat roep je allemaal, en wat zie jij eruit!' zegt hij met een stem vol slaap en dromen.
'In de knoop!' brult Struikelrover woest. 'In de knoop!'
Zn. stapt uit bed, wrijft de slaap uit zijn ogen en gaapt. 'Och, och, mijn Struikelrover toch'. zegt hij en slaat zijn armen voorzichtig om hem heen. 'Mijn Struikelrover toch, ik zal ze eruit wiegen, die knopen'. En zachtjes wiegt hij heen en weer. Struikelrover laat een traan, en nog een en nog een, tot er een klein plasje op de grond ligt.
'Het komt door houden van' snikt Struikelrover zacht.
'Het komt door houden van de man die zo van zee en mij houdt'. 'Ik huil een zee voor hem, bij mij voelt hij zich thuis'.
'Eerst slapen'. zegt Zn. 'morgen verder zien.'

Geen opmerkingen:

Een reactie posten