.

FIETSEN

'Jij wilt ook altijd aan de buitenkant fietsen.' zegt Zn..
Struikelrover fronst en kijkt Zn. schuin aan. 'Aan de buitenkant?'
'Ja,' zegt Zn. streng. 'En dan liefst met losse handen en als je dan de sloot in rijdt vanwege even niet goed opletten en oh jee een hobbel, dan raap je jezelf op en fietst onverschrokken voort met een bloedende knie en een slag in je wiel.'

Struikelrover denkt na. ‘Maar wel met een brok in mijn keel.’ Fluistert hij.

Ze drinken stilletjes hun thee. Zn.slurpt een beetje.

'Ik wil graag aan de binnenkant fietsen' zegt Struikelrover zacht. 'Heel graag zelfs. Het liefst zou ik aan de binnenkant fietsen en opgeraapt worden als ik dan van 'oh jee een hobbel en in die sloot'. En misschien zelfs met een traantje voor de bloedknie en de schrik.' 

'Weet ik wel hoor' zegt Zn. 

'Het komt,' zegt struikelrover, 'ik lig daar maar altijd in die sloot te wachten op oprapen en een hand op mijn hoofd, maar het wordt zo koud op den duur, zo'n greppel, dus dan klim je er toch maar weer uit en klim je op je fiets. 
Ik bedoel, er moet wel een opraper zijn'. 
Je moet het ook willen, dat oprapen'. Zegt Zn. 
'Ik moet niets' zegt Struikelrover, 'maar ik wil het wel.'

Zn. schenkt nog een kopje thee in.Struikelrover blaast doelloos in de damp.
'Mag ik dan af en toe nog wel een zwenk aan het stuur en even aan de buitenkant? met losse handen?'
Zn. grinnikt. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten