.

NAAIMACHIEN

Struikelrover trapt verwoed op zijn oude naamachien. Het stampt en het piept en het dendert. Zn. rammelt bijna van zijn stoel.
'Zou je niet eens een nieuwe kopen?' roept hij boven het lawaai uit. 'He, wat?' zegt Struikelrover. 'Ik versta je niet.'
'Een nieuwe!' roept Zn., ' een nieuwe naaimachien!'

Opeens is het stil in de kamer. Struikelrover heeft het denderen gestopt. 'Een nieuwe naaimachien?' zegt hij verbaasd en bijt een draad door met zijn tanden. 'Deze kreeg ik van Omaatje.
Het is haar oude naaimachien.
Soms als ik verdrietig ben omdat ik haar mis, haal ik hem even uit de doos, de klosjes, de stukjes stof, het speldenkussen en de rare plastic visjes waar ik maar niet van begrijp waar ze voor zijn.
Soms rommel ik wat in de knopendoos. Op zoek naar iets moois, een schat, maar je kunt zeggen wat je wilt, Oma was de liefste, maar mooie knopen had ze niet.'

Zn. grinnikt.

'Ik was bij haar die dag.' zegt Struikelrover zacht. 'Overmorgen is ze drie jaar dood.'
Het woord hangt als een stoffig lapje in de kamer. Een beetje een merkwaardig lapje ook wel.
'Ik hield haar hand vast. Een angstaanjagend sterke hand voor het meisje dat daar lag.
Er was een vlieg. Die ging op haar zitten. Hij zoemde.
En steeds riep ze om haar moeder. 'Moe' riep ze dan. 'Moe.'
'Soms gingen haar armen in de lucht, daar stonden ze dan even om met een doffe plof weer neer te komen op de deken.
Ik was opeens groot en zij een meisje.'
Struikelrover frummelt aan een knoopje van zijn blouse.
'Ik had haar hand vast, en zij de mijne. Ik zei dat ik heel veel van haar hield. Ze was de eerste.

In de nacht ging ze dood.

De moeder en de vader kwamen en samen keken we naar haar.
Een klein Russisch boerinnetje was ze geworden.
En weer was er die vlieg die zoemde en op haar mond ging zitten.
Struikelrover grinnikt. 'Ik bedacht dat het opa was, dat maakte die vlieg een stuk gezelliger.

'Die nacht lagen we met zijn drietjes op kermisbedden en deden of we sliepen.'
Struikelrover glimlacht.
'Podver, wat waren we toen met zijn drietjes,' zegt hij.

'En nu ga ik weer rammelen.'
En verwoed begint hij weer te trappen tot het stampt en piept en dendert.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten